Onze eerste reis met de volledig electrische auto. Dat ging aardig goed, op een paar omleidingen na en een kapotte laadpaal onderweg, waardoor we moesten improviseren. Deze reis was een kleine drie weken, eerst in Molveno in een appartement en later in Val Gardena in een hotel. We hebben een bezoek gebracht aan Trento en we hebben een keer met de auto een bekende route gereden, de Sella Ronda, op de enige regenachtige dag. Verder hebben we heel veel gewandeld.
Molveno
Onze eerste bestemming was het plaatsje Molveno bij het Meer van Molveno. Hier is het niet erg toeristisch in september. Er zijn in de omgeving genoeg mogelijkheden om in de bergen te wandelen. We hebben ook een keer een dag besteed aan een wandeling om het meer. Een gemakkelijke tocht met weinig hoogteverschillen.
We hadden een lekker ruim appartement gehuurd, in de winter vast bewoond wordt door skiërs. We konden zelf koken; de boodschappen daarvoor haalden we bij de supermarkt beneden bij het meer. Daar was ook een laadpaal. Dus auto parkeren en opladen en dan wandelen en op de terugweg met de boodschappen naar het appartement.
Wandelen in de omgeving van Molveno
Naar boven met de Funivie Molveno Pradel
In het centrum van Molveno kun je de kabelbaan naar boven pakken. Het eerste stuk ga je met cabines en daarna kun je naar het bovenste station met een stoeltjeslift. Vanaf het eerste station hebben we een wandeling gemaakt langs het percorso degli scoiattoli, het parcours van de vriendelijke eekhoorn Sciury. Onderweg kom je langs Baita Pineta. Een paar dagen later begonnen we daar onze afdaling met koffie.
Als je met de stoeltjeslift naar boven gaat, naar Rifugio La Montanara, kom je op een punt met een prachtig uitzicht op het Brentagebergte en over het Meer van Molveno. Wat later in de vakantie zijn we de bergen van Brenta gaan bekijken vanaf de andere kant.
Tocht naar Rifugio Croz dell’Altissimo
Vanaf het eerste station met de lift in Molveno sla je linksaf en dan kom je bij een hek met de ingang naar deze route. Er staat al meteen een bord dat je een helm moet dragen, maar dat bleek achteraf een beetje overdreven. Het begin van de route is een gemakkelijk pad door het bos. Als je het bos uit bent, wordt het pad smaller en rotsachtig.
Je volgt de rechterkant van het dal omhoog naar de refugio. Links zie je de puntige tandjes van de bergen en voor je uit zie je af en toe het dal stijgen. Pas helemaal aan het eind zie je de Rifugio Croz dell'Altissimo. Een heel mooie route.
Naar Baita Ciclamino
Als je een korte wandeling wilt maken, kun je rustig omhoog lopen langs de Rio Masso. Ergens langs de rand van het meer loop je geleidelijk naar boven en dan kom je bij de Baita. Het is niet ver. Onderweg kom je langs wat watervalletjes. De koffie in Baita Ciclamino was bijna zo koel als de bediening. Aan de andere kant van de rivier loop je terug naar Molveno. Een lekkere zondagochtendwandeling.
Om het Meer van Molveno
Het Lago di Molveno is niet zo heel groot. Je kunt er gemakkelijk omheen lopen en nog op tijd zijn voor de witte wijn op je terras. Er is een route aan de oostkant die soms aan de ene en soms aan de andere kant van de grote weg loopt, maar je hebt geen last van het verkeerslawaai. Als je de punt hebt gerond, ga je geleidelijk omhoog langs wat waterkrachtdingen en dan blijft de weg ook wat hoger dan aan de oostkant. Uiteindelijk kom je natuurlijk weer uit in Molveno. Lekker, een bakje chips bij het bier.
Andalo - Cima Paganella
Iets terug vanaf Molveno richting de snelweg ligt Andalo, dat in september veel meer een wintersportplaats lijkt dan Molveno. Hier hebben we de kabelbanen naar boven genomen. Dan kom je op een flinke hoogte, op 2125 m op de Cima Paganella. Je krijgt een prachtig uitzicht over de omliggende bergen. We zijn lopend naar beneden gegaan. Terwijl we een dagje in de bergen waren, werd de auto beneden opgeladen.
Fai della Paganella
Vanaf Molveno naar Andalo en daar in het centrum rechtsaf slaand, kom je in het kleine plaatsje Fai. In de buurt van Fai zijn wat wandelroutes uitgezet. Je komt er bijna niemand tegen en er wordt uitgelegd hoe je je moet gedragen als je een beer tegenkomt. Ik weet echt wel wat ik moet doen, maar kent de beer de gedragsregels ook? Ik ben altijd op mijn hoede in berenland.
We liepen door het Parco del Respiro en kwamen aan de andere kant van Fai weer het bos uit. Daarna een lekkere warme lunch in het dorp.
Grostè
Vanaf Molveno kijk je uit op de scherpe tandjes van het Brentagebergte. We wilden die bergen ook wel eens van de andere kant bekijken. Daarom reden we een uur vanuit Molveno, om het meer en langs San Lorenzo Dorsino naar Madonna di Campiglio. Daar namen we de liften naar de hoogstgelegen rifugio. Je hebt daar een vlakte met een prachtig uitzicht naar alle kanten. Sommige mensen trekken daar verder door de bergen o.a. naar de top: de Grostè. Zover zijn wij niet gegaan. We hebben er een dik uur rondgekeken en zijn daarna naar beneden gegaan naar het eerst station van de liften. Het is een prachtige tocht naar beneden.
Dagje Trento
De grote stad
Trento, of Trente of Triënt, is een kleine stad, qua inwoneraantal tussen Hengelo en Enschede. Het is een leuke stad om te bezoeken met een mooi oud centrum met winkelstraatjes, een mooie kerk, een museum in een kasteel en een oude stadsmuur. Het is altijd leuk ook de oude steden van Italië te bezoeken.
De stad is bekend van het Concilie van Trente van 1545 tot 1563, een reactie op de Reformatie.
San Lorenzo Dorsino
Eén van de mooiste dorpjes ...
Aan de zuidpunt van het Meer van Molveno liggen wat dorpjes en gehuchtjes aan elkaar vastgegroeid, San Lorenzo Dorsina. Je kunt er een mooie wandeling maken met fraaie vergezichten. De dorpsbewoners doen erg hun best om van hun dorp inderdaad één van de mooiste dorpen van Italië te maken. We hadden zelf een route gevonden maar raakten toch nog even van de route af, omdat er een pijltje ontbrak. De bordjes van de mooiste dorpjes van Italië hielpen ons weer op weg. Langs de Via di Castel Mani kwamen we in een bos met mooie uitkijkpunten en aan het eind van de route moesten we flink afdalen naar het dorp.
Val Gardena - Sëlva - Wolkenstein
Hotel Rodella
De laatste week van onze vakantie logeerden in het heerlijke Hotel Rodella. Het heeft alles wat je wenst in huis. De omgeving is ook nog eens prachtig. Je kunt hier fantastisch wandelen in de bergen. We kochten een weekpas voor de liften in de omgeving. Het is een klein kwartier lopen naar de lift Col Raiser. Die hebben we een paar keer genomen. We zijn ook een keer vanuit St. Ulrich (Ortisei) met de lift naar boven gegaan naar de Seiser Alm en een keer helemaal aan het einde van het dal met de lift naar Plans en een keer vanuit Sëlva met de Ciampinoi-lift. We willen nog een keer terug naar deze plek om nog meer te ontdekken en voor een weekje luxe.
Col Raiser en wandelen
Eerst koffie
Bovenaan de lift bij Col Raiser kom je aan bij een grote berghut. De eerste keer dat we hier aankwamen, hebben we eerst eens naar alle kanten gekeken op de vlakte bij de hut. Echt prachtig. Ook alle volgende keren was het telkens genieten. We beginnen meestal in de ochtend. Dus eerst koffie bij de berghut.
Onze route
Op de foto hierbij hadden we de route die we zouden gaan lopen al kunnen zien, maar we wisten niet precies waar we terecht zouden komen. Eerst daalden we een stuk tot we bij een volgende berghut kwamen en daarvandaan moesten we een heel stuk over een brede strook witte kiezels. Die zie je op deze foto rechts in beeld. Waar de strook smaller wordt, zijn we links naar boven gelopen, ongeveer aan de voet van die van kale bergen tot aan een punt ergens linksboven in beeld.
Aan de overkant van de bedding loopt het pad omhoog. Vandaar is het nog een stuk klimmen tot we terechtkomen op de grens van de rotsen en het groen. Helemaal links in beeld een rots die als een erectie uit de aarde steekt. Dat zou ook het punt zijn waar we weer naar beneden zouden lopen naar de lift.
Geleidelijk komen we dichter bij de uitstekende rotsen. Soms zagen we er mensen bovenop staan. Onderweg waren we nog langs een bergmarmot gekomen.
Ciampinoi - wandelen langs de Sassolungo
De Sassolungo, Langkofel in het Duits, is de grote berg die we ook telkens vanaf het hotel zien. Hij is 3181 meter hoog. Deze dag liepen we een flink stuk langs de voet van de berg.
Sellagebergte
De bergen van het Sellagebergte zaten vaak in de wolken toen wij er waren. Op de tocht van vandaag hadden we goed zicht. Het is net of het einde van het dal een muur heeft.
We zijn nog ergens verdwaald in een bos. We kwamen toch uit bij een pad en uiteindelijk kwamen we bij de lift Monte Pana - Mont de Seura. We eindigden in S. Cristina Val Gardena. Daar kochten we twee wandelstokken want die waren we onderweg verloren. Daarna nog lopen naar het hotel was mij iets te veel van het goede. Wel een heerlijke dag met tot slot bier. "Gross oder klein?", vragen ze de eerste dag. Daarna weten ze het wel.
Seceda
Als je bij Col Raiser naar boven gaat, kun je met een volgende lift nog veel hoger, naar Seceda (Setsjèda). Daar ben je echt hoog en heb je een prachtig uitzicht over de omgeving en omliggende dalen. Je kunt er zelfs een kabelbaan naar beneden nemen naar Ortisei. Omdat we toch een weekpas hadden, hebben we die baan natuurlijk even genomen.
Je wordt bij Seceda onder de voet gelopen door Chinezen die in het natuurschoon luid met de familie bellen. Gelukkig wandelen ze niet ver. De kunst is te genieten van het mooie uitzicht. Toevallig zijn wij naar Seceda gegaan op de laatste dag van het seizoen van deze lift. Helemaal de moeite waard trouwens.
Seiser Alm
De Seiser Alm is een heel groot weiland. Je kunt er op verscheidene manieren komen, zelfs met de auto. Een tikkeltje toeristisch, maar het is dan ook een bekende plek en cultureel erfgoed.
We liepen een flink rondje over de alm met onderweg een terrasje. Zonnetje erbij. Overal zie je dat groen om je heen en in de verte de bergen van de Dolomieten. Van mij mag het wat ruiger zijn, maar als je even de benen wilt strekken: Seiser Alm.